zondag 22 april 2018

Road to Roth week 29: recup

Als jullie dit zien,






dan denken jullie waarschijnlijk dat ik een echte fietstrainingsweek achter de rug heb. Maar eigenlijk klopt dat niet: die 297 fietskilometers zijn eigenlijk een combinatie van een recup 5-daagse (van maandag tot en met vrijdag), gevolgd door een extra lange trainingsrit op zaterdag.

In die 5 dagen recup koos ik er voor om even niet te lopen en terug mijn core stability rustig op te bouwen. De laatste 3 dagen van de vorige week had ik 42 km gelopen, dus ik kon het me even permitteren om niet te lopen (al is dat niet ideaal). Maar mijn core stability opstarten was even schrikken terug voor mijn buikspier, en dan kon ik ze best de rust gunnen door even niet te lopen. In zo'n voorbereiding moet je regelmatig flexibel te zijn, en je aan te passen aan de omstandigheden.

Na 5 dagen relatieve rust, stond zaterdag de Etixx Classic op mijn planning samen met een hele groep Mr T'ers. Wat een geweldige rit door het mooie Henegouwen. Ik had ook zeer frisse benen, speelde de ganse dag met de pedalen. Heerlijk! 185 kilometers om van te smullen.

En zo is een volgende trainingsblok van 16 dagen op gang getrokken. De loopschoenen staan alweer klaar.

zondag 15 april 2018

Road to Roth week 27 & 28: 1ste race specifieke trainingsblok

Het trainen

IK zet de eerste race specifieke trainingsblok van dit seizoen eens op een rij voor jullie.



32u20minuten trainingsarbeid

15,3 zwemkilometers

593,6 fietskilometers

105,1 loopkilometers

Gewoonweg een zeer straffe trainingsblok.

De twijfel

Ik zou hier dus een hoera-stuk van kunnen maken, maar de eerlijkheid gebiedt mij om ook de achterkant van het verhaal te tonen. Ik heb het toch efkes heel moeilijk gehad. Midden in deze blok werd het me efkes te veel. Ik begon me af te vragen waarom ik me niet zoals de vorige 3 jaren gehouden heb aan die halve afstand. De laatste drie maandan voorbereiding op zo'n full distance (daar ben ik dus nu aan begonnen) zijn immers zeer zwaar. En vooral ze vragen uitzonderlijk veel mentale aandacht én veel uren trainen, rusten, nadenken.... Die mentale aandacht en die uren, daar hebben mijn gezin en mijn werk ook nood aan, en recht op. Dus ik zag de puzzel efkes niet meer in elkaar vallen. Je probeert - met vallen en opstaan - een goede vader te zijn voor je 2 tieners, een goede man voor je vrouw, je probeert je ook 200% te geven voor je collega's en je cursisten, en je wil ook zoiets als een sociaal leven met vrienden en kennissen. "Waarom dan nog eens daarbovenop die extra druk van een full distance triatlon?" vroeg ik me af. Al die rollen waren perfect te combineren met de halve triatlons waar ik me de vorige 3 jaren op gooide, maar nu zag ik het efkes niet meer. En ... ik kon ook niet meer begrijpen waarom ik per sé voor die vijfde 'Ironman' op mijn palmares ging.
Het heeft me wat mentaal oplapwerk gekost, en een paar toevallige ontmoetingen met atleten die vol lof spreken over Challenge Roth om me terug op te laden voor 1 juli 2018. IK heb beelden van Challenge Roth bekeken, ik heb het parcours bestudeerd, ik heb tijdens mijn looptrainingen teruggedacht aan die vorige 4 Ironmans (en af en toe weer de tranen in mijn ogen gekregen). En .... ik heb een solostage van 3 dagen in de Ardennen 1 dag voor het vertrek geschrapt. Ik kon het niet maken, vond ik, om thuis 3 dagen de deur achter me toe te trekken.
En .... zo heb ik na een periode van wankelen terug de goesting, het evenwicht en de gemoedsrust gevonden.
Ja, ook dat is triatleet zijn. Achter macho-praat zoals 'Anything is possible' of 'Pain is weakness leaving the body' zit ook veel twijfelen, gewetensproblemen, de lat te hoog leggen, je afvragen waarom, nog eens twijfelen, geen kant meer op kunnen...en toch alles weer op zijn plek krijgen.

Wie ook alles terug op zijn plek kreeg, maar dan in mijn lijf, is mijn fantastische kine/osteo Davy. Mijn knieblessure lijkt van de baan, mijn buikspieren doen weer bijna alsof ze nooit in de problemen geweest zijn. Zonder Davy zou ik op deze leeftijd deze sport niet meer op deze intense manier kunnen beleven, da's zeker.

Het vormpeil

Maar ok, laten we eens terug gaan naar die eerste race specifieke trainingsblok. Het was een voltreffer. Ik ben echt in zeer goede doen de laatste tijd.
Ik probeer het eens te vergelijken met 4 jaar geleden toen ik in Frankfurt een Ironman deed in 10u03m, een resultaat dat ik moeilijk nog zal kunnen verbeteren (maar ik ga dat toch proberen in Roth natuurlijk - wie niet waagt, nietwaar).

Qua zwemmen sta ik verder dan in 2014. De lessen bij Frederik heb me veel nieuwe of hernieuwde inzichten opgeleverd. En ze hebben me vooral veel opgeleverd qua zelfbesef van mijn eigen houding in het water. Ik nam een risico door de vorige maanden geen lange zwemtrainingen te doen en hoofdzakelijk op techniek te trainen. Maar het loont: ik maakte in deze trainingsblok moeiteloos de stap naar trainingen van 3 km en meer. en daar had ik eigenlijk het meeste schrik van. Onterecht dus: een betere zwemstijl zorgt er ook voor dat ik makkelijker langere trainingen kan uithouden.

Ook qua lopen sta ik verder dan toen. Ik voel dat gewoon aan de vlotheid waarmee ik mijn lange trainingen loop aan pakweg 4m24 - 4m26. Op vrijdag de 13e - woehoe - liep ik een 23 km waarin ik testte met een Ironman-tempo van 4m30s per kilometer. Dat is 8 seconden sneller per kilometer dan in de eerste 18 km in Frankfurt. En ik speelde echt met dat tempo, moest zelfs een beetje afremmen. Ik had ook het gevoel die dag de marathon te kunnen uitlopen. De training bestond uit  blokken van 4 km aan 4m30s, om dan 1 kilometer te versnellen aan 4m20s. Nu voelt het bij mij aan dat ik het erop ga wagen: bedoeling is minstens 20 à 25 km in Roth te kunnen lopen aan 4m30s. En dan .... is het survival voor de rest van de marathon. Opnieuw: wie niet waagt, ....

Maar ... qua fietsen sta ik nog niet zo ver als in Frankfurt. IK reed in Frankfurt de 180 km aan een tempo van 35,4 km/u. Dat waren echt moordend goeie benen. Als ik dat nu doe zou proberen, dan zou de marathon na het fietsen echt een ramp worden. Daar is dus nog werk aan. Ik heb een goede tot zeer goede fietsconditie, maar bij het fietsen moet ik nog twee niveau-sprongen proberen maken. Het gaat hem vooral om krachtuithouding - het lang kunnen uithouden van rijden in de INT zone. Zware fietstrainingen in het verschiet dus, met langere tempoblokken. Of ik deze trainingen kan opbrengen en volhouden, zou wel eens een heel groot verschil kunnen maken in Roth.
Ik ben ook begonnen met op mijn nieuwe tijdritfiets te rijden. Hij heeft al 2 bijnamen: Black Beauty en The Mean Machine. En dat het een Mean Machine is, dat heb ik al mogen merken. De eerste trainingen waren een marteling voor mijn schouder- en nekspieren. Ik moet niet alleen wennen aan de triatlonhouding maar ook aan het uitzonderlijk stijve kader. Maar ook daarvoor heb ik fantastische Davy, die heeft mijn nek- en schouderspieren al serieus onder handen moeten nemen. Hij had nog niet genoeg werk. 😜

En nu?

Na deze trainingsblok moet ik even 5 dagen terugschakelen - een recupperiode inlassen. Daarna volgen nog 3 van deze racespecifieke trainingsblokken. In de eerste daarvan zit ook de fietsstage in de Ardennen met de Mr T bende.

Zoals jullie merken aan mijn schema's heb ik ook de core stability moeten laten vallen om mijn buikspier te sparen. Daar moet ik nu terug aan beginnen, want anders verlies ik kracht en vooral stabiliteit en evenwicht in mijn lijf. En dan wordt het gevaar op blessures gewoon veel groter.



maandag 2 april 2018

Road to Roth week 26: rusten en testen

Na de problemen die vorige week opdoken, heb ik de afgelopen week mijn verstand gebruikt.
De eerste 5 dagen mijn lijf rust gegund.



 
Geen core stability om de buikspier te sparen, geen fietstraining om de knie te sparen en nauwelijks loopkilometers om beide redenen.

Het weekend stond in het teken van testen.
  • Op zaterdag een pittige fietstraining met goed nieuws. De knie houdt stand, ik voel nog wel wat irritatie maar het gaat veel beter dan vorige week.
  • Op zondag een lange looptraining, niet minder dan 22 km. Die training bevestigde me nog eens dat de conditie echt top is. Ik liep op gevoel in de hoog extensieve en laag intensieve zone aan een tempo van 4:24 (13,6 km/u). Da's geweldig. Maar... tijdens de training begon mijn buikspier te irriteren. Ik kon doorlopen, dat was geen probleem. De enige vraag die ik me stel, is natuurlijk in welke mate ik schade toebreng aan die spier. In de gaten houden, goed verzorgen en de vingers kruisen!
Ondertussen ben ik ongelooflijk aan het genieten van de nieuwe zwemstijl. Zwemmen is voor stuk een nieuwe ervaring aan het worden. En dat doet me dan weer veel plezier. Waarbij ik me afvraag: zwemmen met een brede smile op je smoel, is dat technisch gezien ok? 😉