dinsdag 16 mei 2017

week 37: 15 op 6


15 uur getraind op 6 dagen, en 15e eindigen op die zesde dag, zo zou je de week kunnen samenvatten. Maar dan mis je toch wel een deel van het verhaal, nl. de hoogtemeters die ik deze week achter de kiezen heb: 4820 hoogtemeters op de fiets, en 240 meter in het lopen. En die heb ik bijna allemaal afgewerkt in dat fantastische mooie landsgedeelte: Wallonië.
Dinsdag vertrok ik naar de Ardennen: daar reed ik dinsdag op mijn eentje een rit van 70 km met direct daarop gevolgd een loop van pakweg 8 km (met een verschroeiende klim erin). Woensdag kwam maatje Peter aansluiten. Hij is na een paar jaar sportief relatief stilliggen, dit jaar terug beginnen fietsen. Dat zorgde ervoor dat ik wat meer kon werken op tragere kilometers: met 143 kilometer en 2650 hoogtemeters was dat ook niet onverstandig bleek achteraf. Ik voel wel dat mijn klimmerscapaciteiten elk jaar weer verbeteren. En eigenlijk liggen die lange hellingen in de Ardennen me duidelijk beter dan de nijdige molshopen in onze Vlaamse Ardennen. Dus misschien zijn die Alpen in juli ook wel op mijn maat gemaakt? 🙏
Op donderdag reden Peter en ik nog een 44 kilometer om afscheid te nemen van een heerlijk mooi en zonovergoten Ardennenlandschap. De Col du Rosier die we de dag ervoor al hadden veroverd, namen we op donderdag met alle plezier nog eens te grazen.
Terug thuisgekomen, betaalde ik op vrijdag dan wel de prijs voor mijn al te lange afwezigheid in het zwembad: het werden 2100 meter baksteenslag. En - hoe masochistisch kan een mens worden - in de namiddag kregen de in de Ardennen geteisterde benen nog eens een halve marathon voorgeschoteld. De laatste 3 kilometer daarvan waren toch wel minder vlot te noemen. Maar zoals we onszelf af en toe proberen wijs te maken : pain is weakness leaving the body
En dan een rustig dagje .... want op zondag zou ik de paarswitte titelstress counteren (pun intended) met een sprintduatlon in Frasnes-Lez-Anvaing, in het niet zo vlakke, Henegouwen.




Een sprintduatlon? Ach ja, waarom niet eens? Aangekomen in Henegouwen regende het pijpestelen, en zat ik wat nukkig te wezen in mijn auto. Maar toen de bui over was, ging ik me snel nog aanmelden aan het wedstrijdsecretariaat, checkte mijn fiets in, en had nog net tijd voor een sanitaire stop en een korte opwarming. Een terreinverkenning zat er niet echt meer in. Beginnersfouten zijn er om af en toe eens te herhalen zeker. 😳

Het startschot ging. De eerste straat was direct bergop, maar na de bocht zou het wel.... nee dus... opnieuw bergop. Oops. Maar na de volgende bocht.... nope .... nog iets steiler bergop. Na 1 kilometer hadden we nog geen meter bergaf of plat gehad. Ik zat aan de staart van een kopgroepje van pakweg 12 man, en was zowat aan het ... uhm ... doodgaan. Eerste kilometer volledig bergop gelopen aan 3:29 (17,5 km/u). Knettergek! En toen er na een korte afdaling opnieuw een Henegouwse helling ons pad kruiste, moest ik vooraan lossen. Wat dacht ik ook, dat ik efkes met de toppers zou meedoen? Soit, het was toch wel even zoeken naar het juiste tempo. IK heb in die 5 km lopen toch wel een paar keer gedacht ook: "Christophe, wat vind jij hier eigenlijk leuk aan?". Ik kwam aan in de wisselzone na 18m16sec, aan een gemiddeld tempo van 3:45 (16 km/u). Op zo'n parcours echt sterk gelopen, vond ik. Ik gok dat ik daar ergens tussen de 20e en 25e plaats moet gezeten hebben.  (de crisis in duatlon is nu wel echt doorgebroken, want er is zelfs geen geld meer om een tijdsmeting te huren blijkbaar).
De fiets op dus en op die fiets mochten we datzelfde parcours van daarne- 4 keer rondvlammen. Ondertussen wist ik dus al dat er echt geen meter plat in zat. Maar eens ik die pedalen voelde, ging de fun-factor sterk de lucht in. Was het al direct een resultaat van de Ardennenstage, maar ik vloog werkelijk de hellingen op. Ik haalde ook duidelijk een pak atleten in, en reed ze ook makkelijk los. De afdalingen waren meestal redelijk technisch en soms wel wat smal, maar als je 4 keer hetzelfde parcours van 5 km mag rijden, dan weet je vrij snel elk steentje zowat liggen. Ook bergaf liet ik me goed gaan dus. Eén bocht kreeg ik echt niet goed onder de knie en daar was ik 4 keer op rij niet tevreden over het tempoverlies (maar dat zijn details natuurlijk). Voor de rest waren die 20 kilometer me eigenlijk wat te snel gedaan. Ik amuseerde me te pletter, en reed binnen met een moyenne van 36,1 km/u. Tsjakka!
In de afsluitende 2,8 loopkilometers was ik niet van plan nog 1 plaats prijs te geven (geen idee eigenlijk waar ik me bevond op dat moment). Ik hield goed stand, kon nog 2 plaatsen opschuiven, en moest in de afsluitende afdaling nog eens volledig tot aan 't gaatje gaan om een aanstormende achterligger melkzuur te bezorgen tot achter zijn oren. Aan zijn grijns na de finish had ik het gevoel dat dat gelukt was. En ik kon hem afhouden. Uiteindelijk had ik die laatste run nog een 15,6 km/u kunnen lopen. Zeker goed op zo'n zwaar parcours. (Ja, ook voor die laatste 2,8 km hadden ze nog ergens één of andere bult uit de buurt gevonden die het wel zag zitten om op zondagnamiddag 2 keer voor ons voeten te komen liggen).
Ik eindigde 15e en dacht even dat ik daarmee misschien wel op het podium kon belanden bij de 40+-ers, maar dat bleek niet het geval. Ja, zelfs in die categorie zitten er nu al veel gastjes die ik eigenlijk als jonge snaken kan beginnen bestempelen. Op naar de H50 age group dan maar? 😨😜


Wat een week! Wat een week!
Wat een hobby! Wat een hobby!

Of ook wel: sporters beleven meer!

Al moet ik ook toegeven: zondagavond heb ik me in de zetel gekwakt, naar de voetbal gekeken, 3 pinten gescheld en een zak borrelnootjes opgefret. Niks menselijks is me vreemd, dames en heren. Laat daar geen twijfel over bestaan.


3 opmerkingen:

  1. Wat een sfeervol verslag weer Christophe ! Ik lees het nog steeds met veel plezier. Mag ik vragen hoe je zelf ooit ben begonnen met schema's maken? Zelf uitgeplozen of toch een trainer gevraagd ? Hartelijke groet, David

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Merci David,
      soms weet ik echt niet goed meer wat schrijven hoor. Maar zolang het gesmaakt wordt, waarom niet hé. : )

      Ik heb geen trainer gehad, maar ik heb me wel altijd ruim geïnformeerd, heb lang en veel naar mensen geluisterd met ervaring, en heb me zo beetje per beetje 'bijgeschoold'. Voor de rest ben ik sinds ik begonnen ben altijd zeer nieuwsgierig blijven lezen in verband met trainingsleer (specifiek voor triatlon). En zo ben ik beetje per beetje beter geworden in het opstellen van een schema voor mezelf. Dat is met vallen en opstaan gebeurd natuurlijk.
      Belangrijk is ook, vind ik, als triatleet dat je ook actief je eigen geest en lichaam taxeert en in de gaten houdt. Wat werkt voor een ander, werkt niet noodzakelijk voor jou. Ik vind het ook een fantastische sport om jezelf beter te leren kennen (maar nu word ik misschien wat filosofisch).
      Als ik je een tip mag geven : dit (https://www.bol.com/nl/p/the-triathlete-s-training-bible/9200000056858122/?country=BE) is echt een heel goed boek om van te vertrekken.
      Merci voor je leuke reactie.
      En veel groeten,
      Christophe

      Verwijderen
  2. Dank voor de tip Christophe, ik ga op zeker dit boek eens aanschaffen want veel boeken heb ik nog niet gelezen met betrekking tot trainingsleer en schemas. Dit is een mooi startpunt om verder te bouwen in eigen beheer zullen we maar zeggen.

    Hartelijke groet, David

    BeantwoordenVerwijderen