maandag 14 mei 2018

Road to Roth week 32: recupereren en dan vlammen

Zondagvoormiddag in de auto op weg naar Bilzen, nagenietend van een recupweekje, dacht ik bij mezelf: "Christophe, heb je eigenlijk een raceplan voor vandaag?" Christophe antwoordde: "Nee, eigenlijk niet."
Lap, het werd dringend tijd om een paar richtlijnen op te stellen in mijn hoofd. De belangrijkste werden: have fun en blesseer je niet. Dit is en blijft een voorbereidingswedstrijd.

En ook nog, laat je niet afleiden door deze grap van de organisatie:


Niet alleen zetten ze me in de verkeerde categorie (18+) (niet slecht voor een bijna 49-jarige). Ze zetten me ook nog bij de eerste tien starters: de semi-profs of de favorieten dus. Hi-la-rische blunder. Maar dus ik ging startnummer 10 gaan afhalen, en stond voor de wedstrijd mijn fiets klaar te zetten tussen Pieter Heemeryck, Sylvain Denis, Lucky Berlage en consoorten. Mij stil krijgen is geen evidentie, maar daar in die wisselzone heb ik toch braaf mijn mondje gehouden, mijn ogen uitgekeken en mijn oren opengezet. (Om vast te stellen dat ze zich dezelfde vragen stellen als wij het plebs, bvb. triviale muizenissen als  "zetten we die loopschoenen nu in de bak of erboven, want ze geven regen?")

Soit, de wedstrijd: 1 km zwemmen, 100 km fietsen en 10 km lopen.
Vaststelling: moet ik dat meer doen, zo'n wedstrijd zonder plan aanvatten? Want ik zwom geweldig, liep geweldig en fietste degelijk.






Alhoewel ik in het zwemmen soms het gevoel had dat ik te weinig focus legde op mijn vernieuwde zwemstijl, bleek die stijl er al goed ingebakken te zitten. Ik zwom aan een tempo van 1:47/100m, dat is ongezien voor mij.
Als ik even mag springen naar het lopen: dat ik na 100 km vlammen op de fiets, een tempo loop van 4:01/km, pakweg 15 km/u, ook dat is niet te versmaden. ER zijn veel kwarttriatlons in het verleden (na 40 km fietsen dus) waar ik dit tempo niet kon aanhouden.
En dat fietsen, 36,7 km/u, dat is verdomd niet slecht. Maar toch was dat het onderdeel waar ik merkte dat ik niet aan het trainen ben in deze intensiteitszones. Als ik aan deze hartslagen vlam in Roth, zal ik de marathon niet uitlopen, wees daar maar zeker van. Ik zat zowat 15 hartslagen boven de Roth-zone.
Ik moest na 60 à 70 km toch een beetje passen, had het gashendel iets te gretig opengezet precies. Kijk maar eens naar mijn opeenvolgende snelheden per blok van 10 km.





Ondertussen ontstond er ook een klein wedstrijdje in de wedstrijd met de 2 broertjes Olivier en Thomas De Jonghe (echte 18+'ers 😛).
Beiden betere zwemmers dan mij. Groot was mijn verbazing als ik na een kleine 10 km Olivier al inhaalde (al stond hij op dat moment te grabbelen naar een verloren drinkbus). Hij kon 10 km verder opnieuw aansluiten. En rond kilometer 40 kregen we ook fluo-Thomas in het vizier. We bleven een tijdje in elkaars buurt rijden.

En dan gebeurde, wat ik dacht dat in mijn carrière nooit zou gebeuren: een clean sheet raakte besmeurd. Ik rij op reglementaire afstand achter Thomas (15 meter - ja dubbele drafting zone in Bilzen), iemand haalt me in en schuift tussen Thomas en mij, waarop ik uit mijn beugels ga, mij rechtzet en de pedalen stilhoud om reglementair 15 meter afstand te laten op de atleet die me inhaalde. Een motard met referee komt onmiddellijk naast mij rijden en toont me nijdig een gele kaart. "Wat?", denk ik, "je ziet toch dat ik onmiddellijk bezig ben met de afstand te proberen creëren, en mijn tempo stopzet om dat te doen." Soit, het ergste vind ik niet de 5 minuten straftijd die op het einde boven mijn eindtijd zullen gevoegd worden (die tel ik er in mijn hoofd gewoon weer af hoor, referee). Het ergste voor mij is dat ik geen clean sheet meer heb, dat die ene ref me behandelt als een stayeraar (waar ik een 500% tegenstander van ben). Ach man, dit voelt vies aan (nog meer omdat het 100% onterecht is). Soit, ik zet het opzij en probeer me zo snel mogelijk terug te focussen op de wedstrijd en ervan te genieten. Olivier lijkt ondertussen de pedalen niet te voelen, ik blijf in de buurt (maar met moeite). Thomas lost de rol. Maar uiteindelijk zal ook ik Olivier kleiner zien worden voor mij. En zoals hierboven te zien, worden de laatste 20 km nog een zware dobber voor mij. Uiteindelijk is de vogel gaan vliegen, en komt Thomas ongeveer samen met mij in T2 (die had het blijkbaar toch beter ingedeeld).


Ok, het lopen, in principe mijn beste discipline. Thomas heb ik quasi onmiddellijk bij de lurven, al helpt zijn plaspauze wel een beetje. Voor Olivier moet ik toch wat meer geduld hebben, maar beetje per beetje zie ik hem (in tegenstelling tot bij het fietsen) terug groter worden. Net op kilometer vijf haal ik hem in, maar .... begin ik ook krampen te krijgen net boven mijn knie. We lopen efkes schouder aan schouder, maar bij mij is het met een pijnlijke grimas. Ik moet echt zoeken naar een tempo waarbij ik die krampen kan vermijden. Uiteindelijk wordt het een heel zware laatste 5 kilometer, maar kan ik daarin wel een gat slagen met Olivier.




Hier zijn ze, mijn kilometertempo's:






 3u39m42s is mijn eindtijd. Een fantastisch resultaat.

Al bij al een in sé saaie wedstrijd daar in Bilzen - 100 km fietsen langs het kanaal - maar hij werd toch boeiend omdat Olivier, Thomas en ik in elkaars buurt zaten.

By the way, Olivier zal in Roth zijn debuut maken op de full distance, en naar wat ik daar in Bilzen zag, zou dat wel eens een knaldebuut kunnen worden.
En nu moet ik plots denken aan Ironman Zurich, waar Thomas en ik zowat gelijktijdig over de finish strompelden bij 39°C. We lijken toch echt wel aan elkaar gewaagd met ons drietjes.


Voor de schema-verslaafden geef ik ook nog mijn weekoverzicht van mijn recupweekje:





 Nu zo snel mogelijk die stijfheid uit mijn benen krijgen, want de voorlaatste trainingsblok start nu.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten